Die hoeven we niet!

28 september 2020, Steenwijk

Hallo Yeme,

Het leed mag dan 75 jaar geleden zijn, de pijn zindert nog steeds. Pijn die van generatie op generatie overgedragen wordt. Kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen. Zij dragen die oorlogspijn in hun hart. Vandaag komt er een boodschap binnen via Social Media. "Stop daarmee!"

Die woorden begrijp ik wel. Het doet me beseffen dat schrijven over echte mensen en wat zij mee hebben gemaakt pijnlijk kan confronteren. Dat het spreken of schrijven over de oorlog geen gewone kost is en dat ik die pijn niet terzijde mag schuiven. Het is mijn intentie om integer te vertellen, om oog te houden voor die pijn. Alle informatie komt uit documenten, procesverbalen, kranten, administraties, briefwisselingen, getuigenissen en interviews. Papieren woorden afgewisseld met de gevoelens van echte mensen. Om dat op papier te krijgen en recht te doen aan alle gebeurtenissen is iets wat ik erg serieus neem. De hoeveelheid documentatie is uitzonderlijk. Dat helpt maar maakt het niet makkelijker.

Naarmate ik Sijbren beter leer kennen door zijn brieven en verslagen, de lokaties bezoek waar hij is geweest en getuigen spreek....., des te meer besef ik dat de wereld niet zwart-wit is, politieke keuzes niet zwart-wit zijn, mensen niet zwart-wit zijn. Er is heel veel grijs en binnen dat grijs doen mensen hun stinkende best iets te maken van de tijd die ze is gegund op deze aardbol.

Waarom dan een boek
Het verhaal van Sijbren is in eerste instantie die van een gewone man. Een Friesche schipper die een beter leven wil voor zijn kinderen en een weg ziet via de idealen van de partij. Een vurig idealist die uiteindelijk 10 jaar van zijn leven geeft aan diezelfde partij. Hij gelooft oprecht en staat voor de NSB en Duitsland, zelfs wanneer het hem zijn baan kost. Met zwarthandel helpt hij familie en vrienden aan eten, kolen, geld. Hij heeft zelfs geprobeerd zijn broer Dirk, mijn grootvader, te redden van de Arbeitseinsatz door zijn invloed aan te wenden.
Zijn verhaal is bijzonder omdat hij op de voorgrond aanwezig is in die eerste oorlogsjaren in Leeuwarden, in een sociaal NSB-netwerk verkeert dat later berucht zal worden, getuige is van een aantal historische gebeurtenissen en halverwege de oorlog in een concentratiekamp belandt met alle verschrikkingen die je kan bedenken.
Daar waar hij eerder alles in het werk stelt om zijn kinderen een betere toekomst te bieden, is hij dan machteloos. Het Duitsland waarin hij gelooft, blijkt een wolf in schaapskleren. Het enige wat dan nog telt is thuiskomen.

En hij was bijna thuis Yeme. Zo dichtbij. Omgekomen, samen met jou in die kippen- en varkensschuur terwijl jullie op zoek zijn naar iets te eten. En nee, het maakt voor jullie niet uit dat Sijbren lid was van de NSB. Het maakte niet uit in het concentratiekamp, niet tijdens de bombardementen, niet tijdens het delen van het schaarse eten en niet tijdens jullie vlucht naar huis. Samen met de gebroeders Lamein hebben jullie een pact gesloten om thuis te komen.
Sijbren is de enige met een gezin. Met zijn 40 jaar is hij de oudste met de meeste ervaring. Jullie zijn allemaal in de 20 en vrijgezel. De jongste van Sijbren is geboren toen hij gevangen zat aan het Wolvenplein in Utrecht en heeft hij nooit kunnen zien.
De verschrikkingen in Duitsland ondergaat hij met één doel voor ogen: naar huis! Uit de eerdere handgeschreven brieven tussen hem en zijn vrouw spreekt liefde, doorzettingsvermogen en veerkracht. Ze hebben samen voor hetere vuren gestaan en ook nu is er het vertrouwen dat het goed komt. Nadat jullie op transport naar Duitsland zijn gezet kan er niet meer worden geschreven en is er onwetendheid. Alles wat rest is hoop.

Die hoeven we niet
In eerste instantie worden jullie begraven op het kleine kerkhof tegenover de kapotgeschoten kerk, met uitzicht op het bos dat vijf dagen vrijheid bood in die vurige hel van bombardementen. Wanneer de Nederlandse overheid na een paar jaar opduikt om haar burgers naar een Nederlands ereveld over te brengen, wordt alleen jij meegenomen Yeme. Over Sijbren slechts de korte opmerking: "Die hoeven we niet."
Hier scheiden jullie wegen. Vanaf dat moment is Sijbren verdwenen, kwijtgeraakt in de administratie en ergens in Duitsland begraven in een anoniem graf. Op IJsselsteijn ligt men ook 'gevangen in de dood' maar dan tenminste nog met naam.

Het vinden van Sijbren was niet gemakkelijk en ik heb veel hulp gehad van de lokale bevolking en ambtenarij. Het Investigation Team van het Arolsen-Archiv heeft handmatig dozen vol doorgeakkerd en vindt de originele overlijdensakte, het Militaer Bundes Archiv blijkt nog een register van 'Umbeddung", herbegravingen, te hebben uit die regio. Het Rode Kruis komt met de originele overlijdensmelding van de gebroeders Lamein, de bewoners van Dörrmorsbach weten zich nog iets te herinneren. Lokale archivarissen hebben honderden kilometers gereden om op begraafplaatsen in de regio te zoeken. Er zijn veel mensen betrokken bij deze zoektocht. Al die puzzelstukjes komen samen en leiden naar één plek.

Tijdens mijn eerste reis in oktober 2019 blijken we de goede begraafplaats te hebben maar kan de Duitse overheid geen uitsluitsel geven over de lokatie van het graf. In de administratie is Sijbren onder een foute sterfdatum weggeschreven, 31-3-1945 in plaats van 29-3-1945. In de zomer van 2020, wanneer ik voor de 2e keer afreis, is het door de Duitse overheid geverifieerd en kan er na 75 jaar anoniem begraven te zijn eindelijk een naam op het graf van Sijbren. Wie nu online zoekt, kan alle documenten inzien en vindt bij zijn naam een rustplek. Daar ben ik trots op. Het zal nog een poos duren voordat de steen wordt vervangen, dus tot die tijd heb ik er maar een handgeschreven steen bijgelegd. Niemand hoort anoniem in de grond te liggen.

Hartelijke groet, Cindy